De bemonstering en analyse van rwzi influent en effluent kan heel waardevolle informatie geven over het gedrag van microverontreinigingen op de zuivering: het laat zien wat de rwzi nu kan verwijderen en wat er nog nodig is om het beoogde rendement te halen. Maar hoe zorg je voor een goede bemonstering? En hoe kun je het zo praktisch mogelijk houden? Dit is kort samengevat het onderwerp van het STOWA project “Robuuste bemonsteringsmethode voor rwzi’s om verwijderingsrendementen van organische microverontreinigingen te bepalen”.
Microverontreinigingen zoals medicijnresten worden op een rwzi in het actief slib systeem soms hoog, maar vaak matig of heel beperkt verwijderd. Om de exacte verwijderingspercentages vast te stellen moet er representatief influent- en effluentmonster worden genomen van hetzelfde waterpakket. Dit klinkt eenvoudig, maar in de praktijk valt dit echter niet mee. Op de rwzi spelen variërende omstandigheden en complexe processen een rol. Reeds eerder uitgevoerde analyse campagnes laten vaak grote en onverklaarbare spreidingen zien in het verwijderingsrendement.
In dit project is inzicht verkregen in de factoren die een rol spelen in de spreiding van de waargenomen verwijderingspercentages van de gidsstoffen op de rwzi, en op basis hiervan is gekomen tot een robuuste bemonsteringsmethode voor het bepalen van het verwijderingsrendement van microverontreinigingen. De voorgestelde methode is vervolgens gebruikt als basis van de nieuwe “Werkinstructie bemonstering en chemische analyse medicijnresten in rwzi-afvalwater t.b.v. bijdrageregeling ‘zuivering medicijnresten’ (IenW)”.
Opdrachtgever
Status
Team
Partners
Mirabella Mulder Wastewater Management
Paul Baggelaar (PB Icastat)


Vier onderzochte factoren
In het onderzoek is van 4 factoren onderzocht wat hun invloed is op de spreiding in het waargenomen verwijderingsrendement:
1. Temperatuursinvloed
2. De bemonsteringsfout
3. De fout in chemische analyse
4. Invloed van regenweeraanvoer (RWA)
Meetdata van verschillende rwzi’s
Om dit te onderzoeken zijn op 7 rwzi’s bemonsteringsrondes uitgevoerd. Deze monsters zijn geanalyseerd op microverontreinigingen, de 11 gidsstoffen, en macroparameters. Met de resultaten is een data analyse uitgevoerd, samen met meetdata die de betrokken waterschappen daarnaast ook aanleverden.
Regenwater grote invloedsfactor
Een van de uitkomsten is dat tijdens regenperiodes het lastig is om hetzelfde waterpakket te bemonsteren in influent en effluent. Regenweer kan daarom een zeer belangrijke factor zijn in de spreiding van de rendementen. Afhankelijk van de rwzi kan dit bovendien tot een aantal dagen na de regenbui duren. Dit is dan ook een invloed die in de voorgestelde bemonsteringsmethode zoveel mogelijk wordt gedempt.
Nauwkeurigheid vs praktische uitvoerbaarheid
Bij het opstellen van de beonsteringsmethode is er gestreefd naar een goede balans tussen nauwkeurigheid en praktische uitvoerbaarheid. Het rapport met daarin alle bevindingen en de voorgestelde bemonsteringsmethode kunt u hier vinden.
Dit project is door LeAF uitgevoerd samen met Paul Baggelaar en Mirabella Mulder. LeAF heeft zorg gedragen voor de uitvoering van de data analyse en het opstellen van de rapportage.
Neem contact op met LeAF
Heeft u een vraag of bent u benieuwd wat we voor u kunnen betekenen?
Neem dan gerust contact met ons op. We staan u graag te woord over onze diensten en ervaringen.
